Emotionele verbondenheid
Als je lang genoeg wacht, gaan deze woorden vanzelf voor je spreken. Het woord emotioneel roept bijna altijd weerstand op, een gevoel van kwetsbaarheid. Emotioneel, zo willen we liever niet genoemd worden. Maar wat houdt het woord nu eigenlijk in?
Emotioneel wil zeggen: alles wat met emoties te maken heeft. Emoties zijn gevoelens. En gevoelens heb je. Iedereen heeft ze. Sommige mensen zijn zich daarvan niet bewust, maar ook bij hen komt het dan in gedrag tot uiting. Geen emoties voelen is eigenlijk net zo goed emotie. Je laat je gevoelens er zijn of niet.
Emoties gaan vaak met je aan de haal. Vooral bij kinderen zie je dat goed. Daarom wil iedereen ze altijd onderdrukken. Waarom? Zijn ze eng? Zijn ze niet goed voor je? Zijn we bang dat het uit de hand loopt? Waarom kunnen we niet leren met deze emoties om te gaan? Als ze er mogen zijn, kun je er ook wat mee doen. En blijken ze kracht te hebben. Ze zitten boordevol energie. Kijk maar weer naar die kinderen.
Juist omdat velen van ons niet geleerd hebben met emoties om te gaan, worden we bang van emoties als ze door iemand geuit worden. Nee, dan maar liever onderdrukken. Daar hebben we wat aan. Dan komen ze er niet uit. Denkt men.
Dit is een waarschuwing, want dit is natuurlijk niet waar. Emoties laten zich niet onderdrukken. Juist het herkennen ervan en ze een plekje in jezelf geven, nadat je de spanning ervan hebt mogen uiten, kan je meer helpen dan het onderdrukken ervan. Door ze weg te stoppen in jezelf, komen ze op een onverwacht moment vaak weer plotseling naar boven. En dan komt alles er in één keer uit. Je ziet dat weleens gebeuren bij de jeugd op straat. Zinloos geweld, wordt dat dan genoemd. Agressie, uit de hand gelopen emoties. Omdat ze jarenlang onderdrukt zijn?
Mogen kinderen hun emoties uiten? Welnee, vanaf de geboorte al niet. Het heeft niets met begrenzen te maken. “Als ik zijn emoties begrens, is dat beter voor hem.”
Natuurlijk kun je op een gegeven moment leren dat het in bepaalde situaties niet gepast of niet handig is om je emoties te uiten. Maar volgens mij kun je dat pas leren als je in de eerste jaren van je leven hebt geleerd om ze wel te mogen uiten, mits je jezelf of een ander maar niet opzettelijk pijn doet. Dat het beter is om je ook niet uit te leven op je speelgoed, maar op een kussen, matras of iets anders wat er wel tegen kan, is ook nog wel aan te geven. Met het mogen leren omgaan met je gevoelens, door ze te uiten, te leren benoemen en te zien wat je er allemaal mee kunt, is voorwaarde voor het op latere leeftijd kunnen omgaan met je emoties.
Grenzen stellen is een heel ander verhaal. Grenzen stellen doe je voor jezelf. Je eigen grenzen stellen. Naar anderen, naar je kinderen toe. Je stelt dus niet de grenzen van je kind, maar die van jezelf. “Dit vind ik nog wel goed, dat niet.”
Grenzen stellen biedt veiligheid, je kind weet wat hij aan je heeft. Je bent niet meer grenzeloos.
Terug naar de emoties. Want ik schreef “emotionele verbondenheid”. Vanuit je gevoel je verbonden voelen met anderen, maar vooral ook met jezelf. Vanuit je hart (lees: gevoel) contact maken met die ander. Natuurlijk schakel je daarbij je verstand niet uit. Het in balans zijn van je gevoel en je verstand houdt in dat je vanuit beide reageert. Niet alleen vanuit je verstand, maar ook niet alleen vanuit je gevoel.
Een kind doet het, hij zorgt ervoor dat zijn gevoel weer in balans komt door zijn emoties te uiten. Dat is niet altijd leuk voor zijn omgeving, maar het lucht wel op. Het kind is zijn spanningen dan ook snel weer kwijt. Althans, als hij deze kans krijgt. Vanaf zijn geboorte. Mogen uithuilen, mogen uitrazen, totdat hij weer helder kan denken en voelen. Niet vertroebeld door stress die blijft zitten.
“Mijn handen jeukten” is een uitspraak die je vaak hoort. Als je op je matras mag slaan van jezelf, met je ogen dicht en op de situatie focust, dus weer voor je ziet, kun je de stress die nog opgeslagen ligt in je lichaam, uiten. Daarna kun je weer helder denken. De stress kan er dus alsnog vanaf.
Verwerken doen we ook vaak in onze dromen. Dan mogen we wel boos zijn, razend zelfs. Het kan een manier zijn om de stress kwijt te raken. Maar het kan je ook je nachtrust kosten. Er zijn betere manieren om je stress te uiten.
Het is dus je eigen boosheid die een ander of een situatie bij je oproept. Dus moet je en kun je die ook zelf verwerken. Een ander kan het niet voor je. Jij was boos, het is jouw boosheid. Jij hebt de sleutel in handen. Doe er wat mee. Altijd de schuld bij een ander zoeken is wat iedereen al zo lang doet. Je kan het wel ergens niet mee eens zijn, maar besef dan dat dat jouw gevoel is. Dat wil niet zeggen dat je dan niet moet proberen het te veranderen. Maar kijk eerst of jouw emoties daarbij niet in de weg liggen. Kijk of het het waard is en kijk naar je motivatie.
Ik denk dat het verschil ‘m hierin zit: vaak zijn er verwijten dat je de emoties niet mag uiten van een ander, maar is de onderstroom toch algehele verwijten naar de ander toe. Niet willen erkennen dat het je eigen emoties zijn en dat het je eigen verantwoordelijkheid is om die te uiten. Die ander hoeft niet alle verwijten over zich heen te krijgen. Je kunt je eigen woede wel bij je houden. Althans, eerst de stress eraf voordat je je weer tot die ander richt. Hoeft en kan natuurlijk niet altijd, maar als het besef er is dat het jouw gevoel is dat opgeroepen wordt, kun je zelf je eigen grenzen weer stellen. En je consequenties kiezen.
Uiteindelijk kan dit alles leiden tot emotionele verbondenheid met elkaar. Je ziet die ander dan steeds meer zoals hij werkelijk is. Niet gekleurd door jouw emoties, en ook niet door de emoties van die ander. Je ziet de mens erachter. En je kunt vanuit je hart het contact maken. Jij mag je emoties hebben en de ander ook. En je bent het niet altijd eens met zijn gedrag, maar je hoeft hem ook niet te veroordelen. Hij is ook mens. Net als jij. Een prachtmens.