Schoolplein
Mira is vier jaar en zit sinds kort in groep 1 bij juf Jetty. Anoeska, met wie Mira samen op de peuterspeelzaal zat, zit in dezelfde groep. Anoeska gaat iedere dag met plezier naar school. Mira niet, die huilt altijd als haar moeder weggaat. Ze wil liever weer mee naar huis. De eerste week begreep Paula, de moeder van Mira, dat wel. Maar Mira kent de juf nu toch en de andere kinderen? En Mira vindt het toch leuk op school? Ze zit immers altijd vol verhalen als ze thuiskomt tussen de middag.
En de juf zegt dat Mira stopt met huilen, zodra Paula uit het zicht is. Dus zegt Paula tegen Mira: “Nou moet je ophouden met huilen, anders zwaai ik niet hoor!” En dat helpt, een dag. Maar de volgende ochtend is het weer hetzelfde liedje. Paula is teneinde raad en belt me op. “Wat moet ik daar nou mee?!”, verzucht ze. En ze schiet zelf ook vol.
Nou weet ik uit eigen ervaring dat door het leed van je kind je zelf ook weer aangesproken wordt in je kind-zijn. Al lijkt dat al weer lang geleden, je voelt toch weer hoe het was in de begintijd op school. En wat wilde je toen van je moeder? Begrip, troost, liefde, (h)erkenning. En wat wilde je niet? Dat je moeder zou zeggen: “Kom kind, stel je niet zo aan, zo erg is het toch niet?”
Maar Paula twijfelt aan de gevoelens van haar kind. Zijn ze wel echt? Probeert Mira haar niet te chanteren? Zodra ze weg is, is het huilen toch weer over? Als ze “eraan toe geeft” wordt het toch alleen maar erger? En de juf zegt “Toe, ga nou maar.” en die weet het toch het beste?
Maar eigenlijk, als ze diep in haar hart kijkt, dan wil Paula nog wel even blijven. Want ze weet ook wel dat Mira gewoon moeite heeft met het afscheid nemen. En dat is toch eigenlijk logisch? Het is toch ook een hele verandering op je vierde?”
Dat bedoel ik nou. Toon maar begrip voor de gevoelens van Mira. Zeg bijvoorbeeld: “Ik weet wel dat je het niet leuk vindt als ik wegga. Weet je wat? Ik blijf nog even en dan ga je straks samen met Anoeska me uitzwaaien. Is dat een goed idee?”
Of Paula, als het echt een dag niet gaat, kun je zelfs overwegen om Mira weer mee naar huis te nemen. Als Mira weet dat je haar wilt helpen met het “iedere dag naar school gaan” komt het allemaal vanzelf wel. Iedere keer weer een nieuwe kans. Heb maar vertrouwen in je kind. Over een jaar gaat ze heus wel iedere dag naar school en dan ben je blij dat je haar gesteund hebt. Daar krijgt ze alleen maar meer zelfvertrouwen door.
En huil zelf ook maar eens flink uit als je thuiskomt en het afscheid nemen was weer moeilijk. Want het is heel logisch dat je zelf ook in je hart geraakt wordt, zowel in je moeder-zijn als in je kind-zijn van vroeger.
En zo kon Paula even praten met een gelijkgestemde. Dat hielp haar weer om bij haar eigen gevoelens te komen. In dit geval had dat ook een andere moeder van school kunnen zijn. Maar een gelijkgestemde had Paula nog niet gevonden. Of kwam dat omdat zij ook niets liet blijken?
Ik weet dat als je zelf meer je emoties durft te laten zien op het schoolplein, er ineens veel meer moeders blijken te zijn waarbij het ook niet van een leien dakje gaat. Maar ja, dat is makkelijker gezegd, dan gedaan.
Deze column is eerder verschenen in het blad Educare, een periodieke uitgave van de Stichting Universele Opvoeding.